Dificultad: fácil. Dat is wat ons is beloofd over de etappe van vandaag. Tel daarbij op dat die ook maar 10.8 km lang is, en je hebt dé formule voor een relaxte dag waarop we uitslapen, veel pauzeren, veel vogeltjes kijken en ook nog tijd hebben voor een duik in zee ergens.
Fout!
Nee, dat is gelogen. Het uitslapen doen we wel degelijk. We verschijnen pas rond negen uur aan het heerlijke ontbijt en staan pas na tienen op de route. Maar dat we hier in een gebied van ravijnen zitten, betekent dat het vogeltjes kijken niet echt lukt. Het is met alle aandacht op het pad als we, nadat we Cala ’n Porter in de diepte zien liggen en over asfalt door het dorp naar boven lopen, over rollende stenen en keien als boulders naar beneden gaan.
We wandelen een tijdje mee met een Britse dame die hier dertig jaar geleden is komen wonen en die nu haar pup aan het uitlaten is. Het dier is een combinatie van een Duitse Staander en een Podenco, en doet blijkbaar niets liever dan op hagedisjes jagen. Bij elk bosje staat hij stil, ruikt, luistert, en als zijn staart begint te kwispelen, weet je hoe laat het is. Dan is het op de achterpoten, en DUIK!, zo met zijn snoet de prikstruikjes in.
Ergens rond het middaguur komen we aan bij Cala en Canutells, dat onder ons in de diepte ligt. Rechts van de baai lopen witte kliffen loodrecht omhoog, links ervan is de heuvelflank begroeid en staan er witte huizen tussen het groen. Het is een prachtig gezicht. We vinden een parkje met bankjes in de schaduw en zitten er veel te lang. Dat ‘veel pauzeren’ lukt dus stiekem ook.
Dan krijgen we iets nieuws: een asfaltweg. We lopen in de berm ervan, maar mensen nemen het hier niet zo nauw met afstand houden. Twee bussen en een vrachtwagen rijden rakelings langs ons heen; dit voelt niet heel relaxed. Gelukkig is het maar anderhalve kilometer, dan mogen we eraf en belanden we weer op een baksteenrood pad waar de rotsen als uitgebleekt koraal overheen liggen. Het is een boerenland waar stenen muurtjes ons de weg doorheen wijzen. We volgen het pad tussen die muurtjes als door een doolhof, het slingert langs akkers en her en der een huis. Schapenwolkjes drijven over ons heen, af en toe horen we een vliegtuig en weten we: Mahón komt dichterbij…
Dan opnieuw een baai: onze eindbestemming van vandaag. Het is Binissafúller, een dorpje met een onuitspreekbare naam, dat prachtig tegen de bergflank aan ligt. Het strandje is piepklein en erg charmant. Maar het blijkt dat ons hotel in het buurdorp staat: Binibèquer Vell. We hadden in de informatie van WAW.travel al gezien dat het een bijzonder dorpje was, maar zó bijzonder hadden we echt niet verwacht. Alle straatjes zijn kruipdoor sluipdoor, de huizen zijn, inclusief de daken, spierwit, en de constructies zijn van donkerbruin hout. Zelfs de kerktoren is volledig in het wit opgetrokken. Wat een schouwspel!
Het hotel is, net als alle hotels deze reis, spot-on. Uitzicht op zee, grandioze kamer, een eigen tuintje, buitenzwembaden, een restaurant waar we een gratis cocktail krijgen, en morgen weer een ontbijtbuffet. Het is allemaal zo ongelofelijk goed geregeld, we kunnen er niet over uit!
Uiteindelijk was vandaag toch best wel fácil. Wat echter níet fácil is, is dat morgen onze laatste dag is! Dat is zeer difícil zelfs. Ik denk dat we er maar gewoon maximaal van moeten genieten.
Er zit niets anders op.
Slapen: Pierre Vacances Menorca Binibeca. In één woord geweldig.
PS Vind je het leuk om onze nieuwsbrief te ontvangen? Laat maar weten, dan sturen we je eens in de zoveel tijd een overzicht van een aantal posts.
PS II We zijn ook te vinden op Polarsteps en Instagram, mocht je geen genoeg van ons krijgen.
No reacties