Dag 156 Camino de Santiago: Cerceda – Santiago, 27km

3

Het eerste bordje dat de afstand tot Santiago aangeeft, treffen we net buiten onze herberg: 23,459 kilometer nog. Het is opnieuw ijzig koud, en de lucht is helder met in de verte platgetrapte wolken in pasteltinten. Een mooie ochtend om onze laatste etappe te beginnen. ‘Hoe voel jij je?’ vraag ik aan Pieter. ‘Heb je zin om aan te komen?’

‘Heel erg’, zegt hij. ‘Maar ergens ook weer niet. Het is een gek idee dat we hier ruim vijf maanden naartoe hebben geleefd en dat het dan vanmiddag voorbij is.’

Om 7.45 uur stappen we de herberg uit voor onze laatste 23 kilometer

We worden stil en genieten van het getik-tik-tik van stokken om ons heen, van flarden van gesprekken die we opvangen, van het ‘Buen camino!’ van pelgrims die ons inhalen en van de mooie bospaden. We hebben inmiddels de enorme hoeveelheid pelgrims die dit pad met ons deelt omarmd. Ik moest er echt aan wennen, maar merk dat het toch ook wel bijzonder is, die honderden (duizenden?) mensen die met hetzelfde doel als wij op dit eeuwenoude pad lopen. Iedereen met zijn eigen gedachten, zijn eigen zorgen, zijn eigen hoop en eigen wensen. En wij lopen daartussen. Met bijna drieduizend kilometer in de benen en een hart vol van indrukken. Op een pad dat in de negende eeuw al bewandeld werd; dat is toch een waanzinnig idee?

We nemen een foto van het 20-kilometerpaaltje (vooruit, het 19,743 kilometer-paaltje) en stappen gestaag door. Het is wonderlijk maar waar: ik ontwikkel gewoon keihard drie blaren vandaag! Dus regelmatig moet ik zitten om wéér een teen of een deel van mijn voet in te tapen, en dan gaat mijn telefoon: mijn zus.

‘Je moet wel vandaag aankomen, hoor’, zegt ze.

‘Dat is helemaal het plan zussie. Hoezo?’

‘Ik heb een hotelkamer voor jullie geboekt in het centrum van Santiago. Zodat jullie niet dat gelul met die taxi hebben en gewoon fijn in Santiago kunnen slapen vannacht. Op mijn kosten. Is mijn cadeau aan jullie.’

Ik weet niet wat ik moet zeggen. Ik bedank haar uit de grond van mijn hart en barst prompt in janken uit. Aan de andere kant van de lijn valt het stil. ‘Hallo?’ zeg ik tussen twee snikken door. ‘Ja, ik ben er nog’, hoor ik mijn zus dan huilend zeggen. Haha stelletje jankeballen zijn we. Maar wat een geweldige zus heb ik! Ik kan er echt niet over uit dat ze dit voor ons gedaan heeft. Ze appt ons het adres, ik bedank haar nogmaals en we hangen op.

‘Je raadt nooit wat Lideke voor ons gedaan heeft’, zeg ik tegen Piet. ‘Ze heeft gewoon keihard een hotelkamer voor ons geboekt!’ We geven elkaar een highfive en doen beiden een dansje in het bos. Jippie!

Ook vandaag weer mooie street art onderweg

De rest van de dag voelt compleet en totaal anders. Die taxirit naar 13 kilometer buiten Santiago hing blijkbaar echt als een onzichtbare onweerswolk over de dag heen, want we voelen ons licht, zijn vrolijk, kletsen honderduit en mijn blaren doen geen zeer meer. We hebben twee heerlijke maar korte pauzes want eigenlijk willen we er nu ook wel zijn, en dan staan we op de Monto do Gozo en werpen onze eerste blik op de kathedraal in de verte. Wat voelt het opeens echt!

We dalen af de stad in en laten ons de laatste vijf kilometer meetrekken door de mensenmassa. De Vierdaagse van Nijmegen is er niets bij, maar dat drukt de pret niet bepaald. We pakken elkaars hand en laten niet meer los. Net zoals dertien jaar geleden staat er ook nu een doedelzakspeler onder de poort te spelen, en dan zijn we er. Op het plein. Voor de kathedraal van Santiago de Compostela. Ongelofelijk….

We lachen, we huilen, we knuffelen, we staren naar de kathedraal en zuchten. Wat een trip! We zijn zo dankbaar dat we hier staan, samen. Dat onze lijven het gehouden hebben, dat we zoveel zo bijzondere mensen hebben ontmoet (Jerommeke, Ségo en Elliot, Joséphine, Alexandra en Kathleen, Bronwen en Addison, Helen en Richard, Dana en Orna, en vele vele anderen), dat we zoveel mooie landschappen hebben mogen doorkruisen, bergen hebben overgewandeld, dalen zijn doorgegaan, ziek zijn geworden maar ook snel weer beter, en vooral dat we dit samen hebben mogen beleven, dit geweldige, onwaarschijnlijk toffe avontuur.

En dan is het naar het pelgrimsbureau voor onze ‘diploma’. Sowieso ligt het pelgrimsbureau heel ergens anders dan ik me herinner, maar het is vooral veel en veel professioneler geworden. Een bouncer houdt je tegen en wil eerst je paspoort zien, dan moet je een heel registratiesysteem op computerzuilen doorlopen, en dan krijg je een bonnetje met een nummer. Vervolgens is het in twee dikke rijen opstellen en bij het verschijnen van jouw nummer ga je naar één van de achttien (toen waren het er drie!) tafels waar je je diploma krijgt. Wat ze nu ook hebben, is dat je een Certificate of Distance kunt kopen. Voor drie piek krijg je een document waarop staat hoeveel kilometer je hebt gewandeld en via welke weg. De dame zegt bij ons dat we de Norte hebben gewandeld (klopt als een bus) én de Francés. Dat vind ik wonderlijk want bij mijn weten loopt de Francés parallel aan de Norte en kun je die dus niet allebei bewandelen, maar zij zegt dat de Francés door Frankrijk loopt. En jullie hebben toch door Frankrijk gelopen? Ik laat het fijn zitten. Wat zij wil. Dus we krijgen onze proofs of distance met de indrukwekkende 2.950 kilometer erop. Als je het zo officieel ziet staan, is het toch best wel een beetje cool…

Dan is het weer naar buiten, en door de stad naar ons hotel. Ooooohhhh, wat is dit fijn! Douchen, kleding wassen, en straks de stad in voor een welverdiend biertje en een avondje tapas eten. Ontzettend veel zin in! En dan niet te laat naar bed, want morgen jongens, ja ja, lopen we door! We lopen door naar Porto. We hebben nog even tijd, en we hebben geen zin om naar huis te gaan, dus we gaan over de Camino Portugues naar Porto wandelen. Langs de kustroute. Gewoon omdat het kan. Heerlijk.

Stijgen en dalen: 513 m omhoog, 674 m omlaag.

Slapen: Hotel Alda San Carlos, aan de Rúa do Hórreo. Geweldig hotel, betaald door mijn allerliefste zussie. Super!

Over de schrijver

Marlies

Niets zo leuk als wandelen. Als ik wandel, voel ik me op z'n fijnst: mijn lijf aan de slag, mijn hoofd in de ruststand. Maar wat ik ook heel leuk vind, is schrijven. En op deze blog komen die beide passies samen: schrijven over wandelen. Dat dat hier kan, is een groot cadeau. En dat jij meeleest, is een minstens zo groot cadeau. Dus welkom op deze blog! Laat me vooral weten wat je vindt! Oh, en we hebben ook een account op Polarsteps, Facebook en Instagram. Mocht je exact willen zien waar we uithangen, of meer foto's bekijken en minder geouwehoer lezen. Kan allemaal :)

3 reacties

  1. Henk de Boer 23 september, 2023 at 20:35 Beantwoorden

    Hoi Marlies en Pieter
    GEFELICITEERD!!
    Ik heb jullie deze camino af en toe gevolgd.
    En het was een feest van herkenning. Het stuk naar SJPDP en het stuk op de camino del Norte. Maar ook een stuk wat mij nieuwsgierig maakte de camino primitivo.
    Nogmaals gefeliciteerd.
    En geniet van de tocht naar Porto.
    Buenos Camino
    Henk

Plaats een nieuw bericht

Vreemde taal

Er kan nogal wat 'lost in translation' gaan in het buitenland, maar wat als je de taal helemaal niet spreekt?!