Dag 111 Camino de Santiago: St. Jean Pied de Port, rustdag

2

We vragen Anne-Laure, de eigenaresse van ons Airbnb-adresje in St. Jean, welk restaurant ze zou aanbevelen voor een echt Baskische  maaltijd. Het blijkt het restaurant pal aan de overkant van ons straatje te zijn. Daar kunnen we naartoe rollen! Ik reserveer voor 19.00 uur en we zijn, samen met onze lieve Amerikaanse tafelgenoten Bronwen en Addisson, de eersten in het restaurant. Binnen een seconde staat de serveerster voor onze neus, of we weten wat we willen drinken. Eh… We bestellen een kir – dat is hier echt een ‘apéro’-drankje, witte wijn met crème de cassis. Binnen drie seconden nadat we onze drankjes hebben gekregen, staat ze weer aan de tafel. Of we al weten wat we willen eten. Volgens mij wil ze ons binnen twintig minuten weer weg hebben! Ik vraag dus op mijn beste Frans, of ze wellicht wat tijd wil plannen tussen voor- en hoofdgerecht, zodat we een beetje kunnen tafelen. Ze vindt het geloof ik maar een rare vraag, maar belooft het door te geven aan de keuken.

SPIJT!

Het restaurant stroomt vol, en na een uur zit íedereen om ons heen te eten. Maar die lieve pelgrimmetjes? Forget about it! We hebben onze vingers bijna opgegeten bij het schaaltje pinda’s dat we kregen bij de Kir, en zitten nu kwijlend naar de tafels om ons heen te loeren. Ik durf die mevrouw niet meer te vragen of onze gerechten alsjeblieft mogen komen, aangezien ik natuurlijk eerst vroeg of ze een beetje rustig aan wilde doen. Oh, u wilt het rustig aan hebben? Dan kunt u het rustig aan krijgen! Maar na een uur ben ik het zat, en vraag ik aan een ober of we alsjebliéft onze voorgerechten zouden mogen ontvangen. Pretty please? We zien nog minstens acht andere tafels al hun hoofdgerecht ontvangen, maar dan komt het toch echt. We vallen aan op de chipirones (een Baskisch gerecht, een soort kleine pijlinktvisjes) en kijken daarna vol verwachting uit naar onze Axoa (derde keer dat we dat eten, gehakt met paprika’s in een heerlijke saus. Zo lekker!) Deze komt gelukkig aardig rap na ons voorgerecht, zodat Bronwen en haar zoon tijdig naar hun hostel kunnen. Zij willen morgenvroeg met de taxi naar het vliegveld voor hun reis naar huis. Piet en ik zetten thuis nog fijn een filmpje op en zoeken pas rond 0.00 uur ons bed op. Morgen kunnen we uitslapen!

Bronwen en Addisson waren gelukkig niet boos dat ik zo’n briljante ingeving had gehad en het eten had laten vertragen 🙂

Vandaag gaat er geen wekker en zijn er geen pelgrims die al om 5.00 uur hun rugzak beginnen in te pakken. Wel lopen er al om 4.30 uur pelgrims onder ons raam langs, luid tikkend met hun stokken en op dit uur al vrolijk. Da’s dan weer een beetje jammer, maar dat houdt gelukkig vrij snel op en dan is het uitslapen tot 10.15 uur. Luxe! We drinken een kop koffie en begeven ons richting markt. Die is er alleen op maandagochtend dus we prijzen onszelf gelukkig dat we hier nu zijn. En wat een markt: alles wat Baskisch is, is er te vinden. Lokaal, ambachtelijk, heerlijk. We gaan uit ons dak met wel drie kaasjes, paëlla voor het avondeten, een fles rosé, brood, ‘pain de pèlerin’ – een energierijk vijgenbrood met noten en rozijnen – en een bak aardbeien. Allemaal Baskisch, of course! Daarna gaat Pieter aan het werk voor het bedrijf dat hij met zijn broer heeft en lees ik een boek. Dan drentel ik wat over straat, kijk naar wat spelende honden in het riviertje, en neem een foto van de citadel. Het is toch wel een heel mooi stadje hoor, dit St. Jean-Pied-de-Port. Al struikel je er wel over de toeristen. Ach ja, dat zijn we zelf natuurlijk ook.

Vanaf morgen verandert er wel het een en ander. We gaan de GR10 op, en doen het laatste stuk van dat wandelpad richting de kust. Ik heb geen accommodaties meer kunnen vinden waar ze half-pension aanbieden dus het wordt zelf koken en zelf zorgen voor het ontbijt. Ook gaan we veel meer de bergen in dan we gewend zijn: morgen bijvoorbeeld wandelen we 23 kilometer waarbij we bijna 800 meter stijgen en 850 meter dalen. Dat zijn fikse hoogteverschillen! We zijn dus allebei een beetje nerveus, maar vooral ook  opgewonden dat we richting Irun lopen, waar de Camino del Norte officieel begint. Spannend!

Maar dat is morgen. Nu eerst nog even een rondje lopen door dit dorp, lekker eten in ons huisje, een kaarsje aansteken in de kerk en dan de tas inpakken. Morgen, dat zien we morgen wel weer.

Zoveel kaarsen hebben we nog nooit bij elkaar gezien!

PS Vind je het leuk om onze nieuwsbrief te ontvangen? Laat maar weten, dan sturen we je eens per week of zo een overzicht van een aantal posts.

PS II We zijn ook te vinden op Polarsteps en Instagram, mocht je geen genoeg van ons krijgen.

Over de schrijver

Marlies

Niets zo leuk als wandelen. Als ik wandel, voel ik me op z'n fijnst: mijn lijf aan de slag, mijn hoofd in de ruststand. Maar wat ik ook heel leuk vind, is schrijven. En op deze blog komen die beide passies samen: schrijven over wandelen. Dat dat hier kan, is een groot cadeau. En dat jij meeleest, is een minstens zo groot cadeau. Dus welkom op deze blog! Laat me vooral weten wat je vindt! Oh, en we hebben ook een account op Polarsteps, Facebook en Instagram. Mocht je exact willen zien waar we uithangen, of meer foto's bekijken en minder geouwehoer lezen. Kan allemaal :)

2 reacties

  1. Conny 7 augustus, 2023 at 17:57 Beantwoorden

    O, jullie doen dus de GR10 in plaats van de via Nive Bidassoade.
    De via Nive is in totaal 80 km, een mooie en minder zware route dan de GR10. Maar de GR10 is uiteraard ook prachtig.
    Voor een impressie van de via Nive zie mijn blog (conny.reislogger.nl 15-18 april 2019)

    • Marlies 7 augustus, 2023 at 18:13 Beantwoorden

      Hi Conny, geen idee joh. We lopen dezelfde etappes als jij dus dan lopen we blijkbaar de Via Nive. We volgen Organic Maps en die leidt ons naar Irun. Maar ik kan niet zien of het de Via Nive is of de GR 10. Ik was simpelweg van het laatste uitgegaan, maar als ik jou zo lees klopt dat niet. Hoe dan ook, morgen naar Bidarray 😁

Plaats een nieuw bericht